buiten de deur

Ik ga ’s ochtends. Dat is wat ik doe. Maar soms lukt het ’s ochtends niet. Dan is de dag naar de maan.

Want dan moet ik dus later op de dag. Buiten de deur, op een plek met geuren en geluiden van anderen. Ik vind veel mensen vies. Zolang dat achter de voordeur is, is dat niet erg. Voorbij de drempel begint de ellende.

Daarom ga ik ’s ochtends. Dat is wat ik doe. Tenzij het niet lukt. Als het wel lukt, is alles goed. Of misschien niet alles, maar het begin was goed.

Vorige
Vorige

tien tellen

Volgende
Volgende

hoelang