vijand, vriend
Afgelopen nacht kreeg ik mijn hoofd niet stil. Het deed wat het wilde, alsof het los van mij bestond.
Ik had vijfduizend verschillende gedachten. Vijfduizend haasje-over springende gedachten.
Mijn mindfulness-app hielp geen ruk. Focussen op mijn ademhaling tot ik een ons woog. In-het-nu-leven wilde ik al helemaal niet, reikhalzend keek ik uit naar de ochtend.
Nu is het bijna wéér nacht. Nog even en ik knip het nachtlampje uit. Ben benieuwd hoe het donker zich aandient. Vijand, vriend. Vijand, vriend.