1999

Achttien jaar lang sleet ik mijn dagen in kantoortuinen, maar de afgelopen zes jaar werk ik vanuit huis. Ik schrijf boeken en doe daarnaast losse opdrachten voor een rits aan opdrachtgevers, en dat allemaal vanuit mijn luie stoel. Ik heb wel een bureau, maar het liefst zit ik mijn bruine, lederen fauteuil. ‘Leer’, kun je ook zeggen, maar leder klinkt beter.

De stoel kocht ik via Marktplaats en toen ik 'm haalde hoorde ik op de autoradio dat Prince was overleden. Daardoor weet ik dat ik 'm heb sinds 21 april 2016. Zo kan ik het plaatsen.

Ooit had ik in een huis verderop in de Rigolettohof in Alphen aan den Rijn ruzie met een vriendje en pakte ik 'm vast bij beide schouders, waarna ik hem, alsof ik ineens over superkrachten beschikte, met ongekende kracht tegen de muur gooide. Een aantal seconden lang gaf hij geen kik, pas daarna kwam het brullen. Wat volgde waren de stampende voeten van zijn moeder de trap op, en haar hand in mijn kraag waarmee ik als een agressieve discobezoeker buiten werd gezet.

Terwijl dit gebeurde klonk 1999 van Prince op de radio. Dat weet ik nog, even googelen leert dat dit liedje in 1982 in de top-40 stond. Zo kan ik ook dit plaatsen. Ik weet nog dat ik tijdens de kleine geweldsuitbarsting en de daarop volgende uitzetting de tijd had om me een (positief) oordeel te vormen over het liedje. Én ik weet nog dat ik dacht: 1999, dat is nog wel echt héél, héél ver weg. Nu tik ik dit stukje en is het héél, héél lang geleden.

Vorige
Vorige

stilte

Volgende
Volgende

elbow giraffe